Blog 62 (06-05-2025)

 

Wat houdt Paradigma in?

 

We hebben het woord paradigma al een paar keer gebruikt, maar wat betekent het? Hoe kunnen we de dynamiek in de partituur van het menselijk bestaan en de daaraan gekoppelde werkelijkheid lezen? Om de contouren van het hedendaags paradigma te kunnen bezien, is het realiseren waar wij nu staan, in de voortdurende staat van ontwikkeling, in de voortgang van de evolutie, onontbeerlijk. Ieder van ons is, een wezenlijk onderdeel van de essentie van het totaal, van alles wat is. Wij maken daarmee deel uit van het grote geheel wat we meestal met het universum aanduiden. Toch zijn we daar nauwelijks van bewust, omdat we zo in de vervoering zitten van onze dagelijkse beslommeringen en laten we weinig gelegen aan wat het leven in essentie is. Beperkingen en begrenzingen die we zelf aanleggen in het stelsel van ons dagelijks bewustzijn leiden tot allerlei misvattingen die ons de indruk geven dat wat in het leven afspeelt, een toevallige lineaire reeks van gebeurtenissen betreft. Het leidt eveneens tot de misvatting dat de mens denkt dat zijn individuele beoordeling de werkelijkheid betreft. Daarnaast is de mens slecht instaat zijn onbewuste bron te doorgronden. Dat lijkt logisch want anders was het niet onbewust, toch? Maar bewustzijn is geen vaste staat die voor iedereen hetzelfde is. Want als wij beter in staat waren ons bestaan vanuit een hoger perspectief te bezien dan kwamen de gebeurtenissen in het leven aanmerkelijk evenwichtiger over en jaagden we niet zo expliciet op persoonlijke belangen. Het zou ongetwijfeld ook nieuwe vergezichten en transposities opleveren met betrekking tot onze levensbestemming. Dat zou het gevolg zijn van het veranderende functioneren van het zelf, doordat het implementeren van nieuwe inzichten zal zorgen voor het loslaten van constructies die in het leven zijn beslag gekregen hebben. Je zou kunnen zeggen dat de manier waarop we leven en denken, de manier waarop wij gezamenlijk onze bewustzijnsruimte invullen, het samenspel is van beheerste en onbeheerste omstandigheden, een paradigma is die ons leven bepaalt.

We kunnen onderhand ook wel stellen dat het huidige paradigma aan de rand van ondergang staat. De fysica beschrijft dat als de wet van entropie, alles is circulair aan een voortdurende reeks van opbouwen en afbrokkeling onderhevig. Vele antecedenten van afbrokkeling dringen zich op. De absurde verrijking, het schrijnend gebrek om te delen, de massale vernietiging van have en goed, uit elkaar gerukte en op drift geraakte volkeren, de haat en ombrengen van onze medemens, enorm machtsmisbruik op alle niveaus, het vrijwel onherstelbare besmetting door gifstoffen, et cetera, zijn exponenten die aangeven dat onze intrinsieke menselijke waarden op een dieptepunt zijn beland. Is het tij nog te keren? Is het bewustzijnsniveau van de mensheid in deze tijd hoog genoeg om te begrijpen dat alleen radicale veranderingen voor een ommekeer kunnen zorgen? De menselijke behoeften wijzen een andere kant op, want men zwicht graag voor een blinde terugtrekking op oude posities, het oppompen van religieuze dogma’s of het domweg schrap zetten tegen verandering, Wat zou er verder nog voor een robuuste stopzetting van de aftakeling kunnen zorgen? Een nieuw paradigma misschien, een metamorfose, of een reset? Is het niet allemaal min of meer hetzelfde?

Het wordt steeds duidelijker dat alleen een rigoureuze verandering met gelijke kansen, een krachtige impuls voor de bewoners van deze planeet kan betekenen, om opnieuw tot herschikking van de waarden van het leven in een evenwichtige setting met de natuur, met alles wat is, betekent. Want de allesomvattende liefde, die de basis van het leven vormt, leidt uiteindelijk altijd, in iedere omstandigheid voor uitbreiding van bewustzijn, al geven de gevolgen van de dualistische afscheiding die door de mens gevoeld wordt, daar nog nauwelijks aanleiding toe. Ondanks de quasi vooruitstrevende ontwikkeling van mentale aspecten waarop de mens zich steevast op beroept. Dat geeft aan dat bewustzijn niet zozeer een zaak is van het verstandelijk intellect. Daardoor kan het herwaarderen van oude posities, dogma’s, het afzetten tegen verandering, juist voor een afzwakking van de groei van het bewustzijn zorgen. Want in dit tijdperk, bij het aflopen van onze oude wereldorde, die de aanzet van een nieuw paradigma verraad, zal wel degelijk het verlies van oude opvattingen moeten betekenen. Een nieuw paradigma zal de huidige consensus, wetenschappelijk onderbouwd of niet, aan kracht inboeten en tot een residu ineen schrompelen, om als een achterhaald gegeven in de geschiedenis weg te kwijnen.

Het concept paradigma heeft betrekking op een specifiek beeld van de door ons beleefde werkelijkheid. Het bevat een model van schema’s voor percepties, analyse en validatie van verschijnselen binnen de context van het beeld die de werkelijkheid omtrekt. Alle aspecten van percepties die wij in onze leefomgeving hebben gecreëerd en voor waar aannemen, worden in die context weergegeven. Hoewel het wereldbeeld voor ieder persoon anders is, zijn ook veel van de paradigma’s van heden en verleden gebaseerd op de huidige en toenmalige plausibele verklaringen binnen de bestaande wereldbeelden, die vaak door beperkte opvattingen van religie en wetenschap werden bepaald. Achterhaalde paradigma’s laten weliswaar zien waar deze ooit op stoelden en dat allerlei veranderingen tot wezenlijke aanpassingen leidden, somtijds zelfs tot nieuwe paradigma’s die elkaar opvolgden. Een van de belangrijkste omwentelingen is ongetwijfeld in de 16e eeuw geweest toen de copernicaanse astronomie een totale verandering van het wereldbeeld tot gevolg had.

In het verloop van de evolutie is er dus vaker sprake geweest van omstandigheden die de nieuwe vorm van het paradigma bepaalden. Dat waren ontwikkelingen die zich ook toen uitte in een staat van bewustzijn en vervolgens tot het interpreteren van wetenswaardigheden leidden. In een bepaalde tijd in de ontwikkeling van de mensheid, wat we als de begintijd van de bewuste mens in het Atlantische tijdperk kunnen beschouwen, ontving de mens het astraallichaam. Dat hield in dat de mens zich door kon ontwikkelen vanuit het vegetatieve onbewuste naar een meer emotioneel bewustzijn. Later werd het verstandelijk/geestelijke aspect sterker naar ontwikkeling toegeleid zozeer zelfs dat de mensheid dankzij de vele priesters die kennis hadden van hogere bestaansniveaus, zich kon meten met wezens van de Hogere Hiërarchie. De uitwassen die daaruit voortkwamen, doordat de wezenlijke integriteit ontbrak, zorgden voor het verlies van hogere bestaans-en bewustzijnsvormen. Deze kennis en wijsheid ging gedeeltelijk verloren, maar doken later op als een gelouterde vorm in de oude Indiase en Tibetaanse geschriften zoals de Mahabharata, Upanishaden en anderen. Deze overgang betekende wederom een nieuw paradigma voor de mensheid, tot op heden de grootste (de ondergang van Atlantis), waar de verstandelijk/geestelijke vorm opnieuw zijn weg moest vinden.

Een van de machtigste machinaties voor de verklaringen van het werkelijkheidsbesef, die de grondslag vormde voor ontkenning van een hoger bestaan, is wel de deterministische opvatting die sterk onder invloed stond van de wetenschap. Dat geldt uitsluitend voor de tijd na de Verlichting toen het verstandelijk denken een steeds groter aandeel in het wereldbeeld ging innemen, zodanig dat grote delen van de mensheid aanneemt dat bewustzijn slechts een onderdeel van de hersenactiviteit is. Het mensenwezen in vroegere tijden, voor de opkomst van de wereldreligies, werden in het Westen dus nauwelijks door het geestelijk-goddelijk bewustzijn geïnspireerd. Het leefde nog onvrij, zonder initiatief, in een wereld dat het leven hooguit als een geschenk van de hogere hiërarchische wezens zag, die in het boek Genesis aangeduid worden als de Elohim. In de christelijke terminologie worden deze wezens de Exousiai, in de moderne geesteswetenschap Geesten van de Vorm genoemd. (We laten hierbij de kerkelijke interpretaties buiten beschouwing).

Waarom is de toenmalige bijstelling van ons wereldbeeld tot op heden, in de zogenaamd realistisch-materialistisch opvatting, blijven steken en dringen de inzichten op het terrein van de kwantumfysica, die ook het discours van het leven raken en al vele decennia geleden als geldend werden beschouwd, nog steeds niet door. Het kan niet anders dat als we het aankomend paradigma willen bevatten, zullen we op zijn minst moeten begrijpen wat de natuurkunde al sinds lange tijd heeft eigen gemaakt. Immers deze tak van wetenschap is bij uitstek in staat het universum op micro en macro niveau (ons levensniveau) te belichten.

Veel van de nog steeds gehanteerde algemene opvattingen die in de gemeenschappelijke opvattingen en doelen spelen, zijn allang door de vooruitstrevende fysica weerlegd, maar zorgen (nog) geen neerslag in de algehele consensus over wat het leven voor ieder van ons betekent. Het sterk–antropisch beginsel verklaart veel coïncidenties over hoe het leven is ontstaan, maar toch blijven veel fysici daar verre van omdat het niet strookt met het beginsel van strikte objectiviteit, hoewel een klein deel vindt dat je daar ‘soepel’ mee om moet gaan. De meer op idealistisch-monistisch geschoeide fysica begrijpt echter wel dat objectiviteit een schijnvertoning is en op macroniveau eerder zelfs als camouflage dient.

Het botst dus in de wetenschap nogal eens met de opvattingen van strikte objectiviteit en de materialistische grondslagen die in veel gevallen nog steeds bepalend zijn. Daarom nogmaals de vraag, waarom oefent de natuurwetenschap zo weinig invloed op de gemeenschappelijke consensus uit om een verschuiving in het denken mogelijk te maken? Wat zou de weerstand kunnen zijn om de ontdekkingen binnen het kwantumdomein een uitleg te geven die met de metafysische logica correleert. De weerstand van zowel in de fysica als in de biologie ligt tevens in het feit dat, hoewel de basisopvattingen van Newton en Darwin al veel hun zeggingskracht verloren hebben, zich veelal vastklampen aan de ooit geformuleerde idee dat materie (Newton) de realistische grondslag van alles is en niet het bewustzijn. Deze bepaling heeft ook mystieke consequenties. Het experiment van Aspect (Alain Aspect 1982) toonde al meer dan 40 jaar geleden aan dat kwantumverschijnselen non-lokaal zijn, waardoor de transcendente aard van het bewustzijn vaststaat. Het heeft echter de meeste fysici niet echt kunnen overtuigen. Veel wetenschappers laten zich niet verleiden oude standpunten te verlaten omdat, als je het bewustzijn als een alles overheersende oerkracht aanmerkt, het dan lastig wordt om de materialistisch-realistisch onderzoeksprogramma’s, waar het grootste deel van het officiële circuits van academische onderzoeken en donoren uit bestaat, uit de weg te gaan.

De aankomende paradigmaverschuiving heeft een onomwonden doel om de evolutie, achterop geraakt door de vertraagde ontwikkeling van het bewustzijn, in stroomversnelling te brengen. Daarin staat niet zozeer het opheffen van de kloof tussen wetenschap en spiritualiteit centraal, als wel de tendensen die tot die kloof geleid hebben, omdat het voor die enorme vertraging heeft geleid. We kunnen ons daarom beter richten op het loslaten van de focus van het vertrouwd materialistisch perspectief. Het verlaten van deze stellingen zullen al ingrijpend genoeg zijn, waarschijnijk zelfs zal deze implicatie een schokgolf veroorzaken, als de uitwerking ervan op een hoger bestaansniveau wordt geactiveerd. Het paradigma wat dan verschijnt geeft de voorspelde transformatie weer, een verschuivend perspectief naar een echt nieuwe wereldorde waarin de mens op zal gaan in het besef dat niet de afscheiding, maar de heelheid van bestaan de norm is geworden.

Als fundament voor het hoger perspectief zal dus een vernieuwde inzet van het bewustzijn nodig zijn om, zoals de oude levenswijsheid aangeeft, dat het bewustzijn de grond van al het bestaande is, zowel lokaal als non-lokaal, te aanvaarden. Als de mens individueel in zijn belevingsdomein, de bewuste handeling van zijn nieuwe waarneming integreert, wordt het aannemelijk dat als de mensheid collectief, zoals de fysica aangeeft, aan het verval van de superpositie van mogelijkheden deelneemt en aan het totaal van enorme veranderingen bijdraagt. In dat geval worden alle mogelijkheden potentieel met elkaar verbonden, voordat de samenhang tot stand komt door middel van het algeheel bewustzijn.

Even een stukje fysica: de intentie is de gemeenschappelijke sleutel die grote concentraties van denkprocessen via het universeel bewustzijn kan zorgen voor een verbindende factor die correleert en door verval overeenkomstige werkelijkheden kan doen ontstaan. Als er geen faserelatie in de golfbeweging tot stand komt die tot verval leidt, geeft het echter geen verbinding (zogenaamd niet gecorreleerd kwantumgedrag). De faserelatie van mogelijkheidsgolven bepalen dus de expansie van het totaal aan inbreng, die het bewustzijn op zijn beurt weer aanzet tot gecorreleerde denkpatronen.

Heb je je weleens afgevraagd hoe het komt dat er in een tijdsegment een specifieke groep van denkpatronen opkomen en weer ondergaan. Voorbeelden zijn voorhanden in de voorbije geschiedenis (bijvoorbeeld het facisme en communisme) of zoals in deze tijd het populisme. Daar is zojuist de werking ervan beschreven, wat de natuurkundige vorm laat zien hoe de mensheid collectief dergelijke denkpatronen (golfpatronen) tot werkelijkheid laat vervallen. Het Hoger Bewustzijn, de Grond van het Bestaande, God, het Absolute of hoe je het ook noemen wil, heeft daar geen bemoeienis mee, omdat het in de menselijke staat zit vormgegeven, in de illusie van het gefocust bewustzijn. De mens is daarvoor zelf verantwoordelijk.

Deze beschreven functionaliteit, die de fysica laat zien, is evenwel primair een zaak van het individu. Dat deze in collectiviteit kan samenvallen heeft betrekking op het samenspel van verbindende elementen zowel emotioneel als mentaal. Uiteindelijk zijn de aspecten die in de collectieve deelname aan bewustzijn spelen, processen die je in fysische zin de hiërarchische verstrengeling van fasemogelijkheden kunt noemen die tot verval komen. Op deze wijze kan het ook tot een verschraling van bewustzijn leiden. De individuele deelname van ieder persoon die voor verruiming van het bewustzijn zorgt, zal mede door diepe inzichten tot stand moeten komen, waarin de ervaring van het non-lokale of transcendentale bewustzijn een belangrijke aanzet zal zijn. De op zichzelf staande speurtocht naar de inhoudelijkheid van het leven zal ook een erkenning van dit rijpingsproces van het bewustzijn betekenen. De spirituele reis van ieder persoonlijk kan dan collectief ontwikkelen tot een nieuw paradigma.  

De kernvraag van deze blog luidde: Wat is paradigmaverschuiving? Zou je je voor kunnen stellen dat de huidige veranderingen niet een op zich zelf staande serie van fenomenen is, maar een opstart naar een nieuwe fase waarin het vertrouwd materialistisch perspectief en ons daaraan gelieerde denken, afzwakt om zich te heroriënteren en vervolgens te transformeren naar een nieuw paradigma? Hoe het in het innerlijk van de mens speelt komen we in de volgende blog aan toe.

 

 

Blog 61 (06-04-2025)

 

Het Kosmisch perspectief 

 

Als we de veranderingen om ons heen en in ons leven bekijken dan zien we een voltrekkende reeks van gebeurtenissen die veelal anders lopen dan we vooraf hadden bedacht. Zeker de laatste tijd gebeurt er van alles op het wereldtoneel wat ons een hopeloos gevoel geeft en afbreuk doet aan onze behoefte aan veiligheid. Wij snappen wel dat veiligheid een beperkt begrip is, maar we willen wel graag zoveel mogelijk zekerheid inbouwen. Dat het niet zo loopt levert onzekerheid op en in het slechtste geval zelfs angst. Onmachtig om het in een groter verband te zien, proberen we op eigen niveau dat ongemakkelijke gevoel te onderdrukken. Of we vluchten in ideeën door allerlei overheidsinstanties een instrument toe te dichten die het oude gevoel van veiligheid weer zou kunnen herstellen. We hopen daarmee onze veiligheid en garanties op het oude vertrouwde niveau terug te kunnen brengen. Maar er invloed op uitoefenen lijkt niet mogelijk, we zullen moeten accepteren wat ons wordt voorgeschoteld.

Als we de vele eeuwen die achter ons liggen de revue laten passeren, dringt het beeld op dat nooit iets vanzelfsprekend is, al helemaal niet als we meenemen dat de plek van onze wieg nogal voor een beduidend verschil zorgt. Alles vervalt in de loop van tijd en zelfs het idee van geschiedenis levert veelal een beperkt tijdsbeeld op, omdat het in de perceptie van die tijd is opgeschreven. Veel inzichten zijn immers achterhaald of lijken zinloze bijdragen te zijn omdat de functionaliteit is verschoven of blijken door herziende betekenissen geen waarde meer te hebben. Veel van de veranderingen die door de tijd werden bepaald, hebben soms een positieve of juist negatieve lading gekregen, waarvan we nu de vruchten plukken of een verachtelijke uitstraling hebben meegekregen. En vooral, we leven op een planeet van tegengestelde krachten waarvan de verschillende aspecten in de twee richtingen zich pas veel later laten zien. Nog altijd wordt de dualiteit waaruit ons leven bestaat niet als een elementair gegeven gezien, maar als een soort keuze die de uitingsvorm polariteit als een uitwas beschouwd.

Het menselijk tekort is eigenlijk groot, onhanteerbaar groot, maar we weigeren om onze beperkingen in een groter verband te beschouwen waardoor het menselijk belevingsniveau blijft steken op de individuele kleinheid van geest. Wat vervolgens veel onbegrip opwekt, omdat we de uitingen niet herkennen wat er in totaliteit op ons afkomt. Met name de veranderingen op het wereldtoneel lijken een gigantische onbestendigheid. Wat een positieve rol speelt is, dat de mens langzamerhand begrijpt dat er niet overal een antwoord op is en de wetenschappelijke bevindingen vaker niet dan wel uitsluitsel geven, zodat de ooit bedachte vergezichten een hopeloze indruk achterlaten. De maakbare mens valt eigenlijk ook best tegen. Goed we zijn vooral sterk in het maken van apparaten die de medemens in een ogenblik kunnen vernietigen wat in flagrante tegenspraak is met de medische onderzoeken die het leven van de mens trachten te verlengen. Trouwens in het algemeen is het oplossen van problemen van onze medemens eigenlijk een faliekant failliet. De grootste illusie is eigenlijk het gebrek aan zelfinzicht, die we blijven meenemen in de beoordelingen over de doelen die we stellen. Het oplossen van problemen worden vooruit geschoven, omdat we de noodzakelijke veranderingen niet willen. We leven in een tijd dat we wel in moeten zien dat er van alles fout loopt, de chaos en wanorde steeds groter wordt, maar we begrijpen nauwelijks dat we zelf de oorzaak van onze problemen zijn. Zelfs de bepalingen van onze consensusmaatschappij dreigen aan corrosie ten onder te gaan en de roep om verandering zijn voornamelijk gericht op het behoud van de verworvenheden. Om het misbruik van allerlei grondstoffen en de roofbouw vooral te kunnen voortzetten. Zeker, tussen de marges klinkt de roep om essentiële verandering nog zacht, maar zijn op den duur niet meer te stuiten.

Essentiële verandering kunnen we omschrijven als wat de evolutie voorschrijft, namelijk de onvermijdelijkheid van verandering. Ik heb al eens opgemerkt dat de fysica heeft aangetoond dat continuïteit geen vorm is die kan bestaan. Aansturing en stimuleren van een beweging is natuurlijk, maar de mens wil er eigenlijk geen deel aannemen. Toch is het onomkeerbaar. De vrije wil waarop we ons beroepen, veronderstelt wel een ruim speelveld. Echter hoe beperkt dat is, laat het feit zien, dat de verdeling van de (materiele) koek steeds meer in handen van een enkeling is, door het overmatig eigenbelang en machtsmisbruik tot stand gekomen.

Er zijn, in de keerzijde van de medaille, kenteringen te zien in de zienswijze van veel mensen. Steeds meer wordt er gedacht in metafysische termen, worden verbanden gezien die voorzichtig op een hoger bestaan duiden, die een universeel vermogen van de mens aantonen, zodat de groei van het individu op een holografische manier zal doordringen vanuit het universeel bewustzijn. Ook het feit dat steeds meer mensen begrijpen dat er ook een werkelijkheid bestaat die zich buiten onze waarneming voltrekt, heeft impact. Al hebben de meesten geen flauw benul hoe dat werkt, maar er komt voorzichtig een toenadering naar het metafysische op gang. Voorzichtig, omdat het bewustzijn laag is, waardoor veel van de ervaringen die sommige mensen hebben, nog steeds als speculatie worden gezien. Vanwege onze geconditioneerde overtuigingen is het lastig om onze aangeleerde begrippen, tot stand gekomen via onze zintuigen, een andere status te geven. Verandering kan ook een verandering van je individuele werkelijkheidsbeleving betekenen. Dat houdt dan wel in dat je een verschuiving moet toelaten in je zintuigelijke waarneming van de werkelijkheid, reikend naar een bewustzijn die daar ver boven uitstijgt.

Een van de al eens vaker genoemde energetische veranderingen is van kosmische betekenis die ook de mens sterk beïnvloeden. De al vaker geciteerde, voormalige professor aan de Stanford University, Tiller (blog 47) stelt in Science and Human Transformation dat, door de onbalans die door de toenemende energetische trilling ontstaat, die het gevolg is van de aanstaande Transformatie, zal zorgen voor onevenwichtigheden in het innerlijk van de mens. Hij drukt in deze dissertatie zijn bezorgdheid uit van hoe de mens met de planeet omgaat en geeft aan dat drie categorieën de verhouding van de mens tot de kosmos aangeven. In de eerste plaats is de mens bewust van zichzelf en is sterk gericht op het besef van zijn persoonlijkheid, zijn lokale zelf. Ten tweede is de mens bewust van zijn relatie met zijn omgeving oftewel de samenleving; ten derde is de mens min of meer bewust van zijn relatie met de kosmos. Wat het laatste betreft gaat Tiller verder met: “Wij beschikken over interne mechanismen, waarmee we de kosmische energie kunnen opvangen, transformeren tot patronen van een energetische structuur. Wanneer we zelf ook onze patronen door verruiming van het bewustzijn in kwalitatief opzicht kunnen ontwikkelen, hebben we ook een positieve invloed op de mensen om ons heen” (de tweede categorie). Hij doelt hiermee op de verandering die we door de energetische manifestaties binnenin ons voelen, te werk stellen om onze innerlijke mechanismen en circuits aan te passen. Hij stelt dat, als we ons individuele bewustzijn verhogen, we dan het spectrum vergroten wat we uitzenden en kunnen we op deze manier allemaal onze invloed laten gelden om de transformatie uit te breiden tot de totale mensheid door middel van onze persoonlijke stralingsvelden. Als de transformatie in totaliteit om ons heen grijpt, zoals in deze tijd, houdt dat ook in dat de energetisch straling zich laat gelden op lichamelijk niveau waarbij ook de cel en het DNA betrokken wordt.

Het verruimen van ons bewustzijn die mede door de energetische aanpassing in onze tijd in gang gezet wordt, heeft alles te maken met een andere benadering van het substantiële idee van de zintuigelijke werkelijkheid. Ik heb in een vorige blog al laten zien dat deze veranderingen zich in alle dimensies voordoen. Daarbij zal het inzicht wat deze dimensies allemaal behelzen ook een rol spelen. Met het vergroten van het bewustzijn zal het besef toenemen dat ook de dynamiek van onze innerlijke structuur zal veranderen. Daarmee wordt duidelijk dat onze blik buiten onszelf, een ander beeld over ons individuele bestaan in relatie met het non-lokale zal opleveren. Dat levert behalve de aanpassingen binnen ons lichamelijk bestel, ook dat onze subtiele lichamen anders zullen gaan reageren en afgestemd worden op veranderingen van scalair-elektromagnetische velden, die het bestaande fundament zullen aanpassen. Zo heeft de wetenschapper T.E. Bearden al verondersteld dat de hersenen als een scalaire detector functioneert. Dit toont aan dat het in principe mogelijk is dat zien op afstand, helderziend of horendheid, telepathie, precognitie enzovoorts, binnen ons gaat functioneren. Dat betekent dat de mogelijkheden van het menselijk apparaat verbreed worden en wat we paranormaal noemen tot het mentaal operationele gebied gaat behoren. Wanneer we de hyperfuncties van onze hersenen leren cultiveren, zullen de ontwikkelingen op alle niveaus van ons wezen een cellulaire transformatie ondergaan.

Dat houdt in dat het binnengaan van het aankomende nieuwe tijdperk van Waterman of in een andere cyclusverband, de Satya Yuga, de Gouden Eeuw (zie blog 21, over tijdperken), de aangetoonde nieuwe fysische mogelijkheden zullen bewerkstelligen die onze werkelijkheidservaring aanmerkelijk zullen beïnvloeden. We kunnen dit beschouwen als een nieuw paradigma, waarin de metafysische waarheden in een nieuwe context zullen worden opgenomen. Prof. Tiller ziet het zo: binnen de context van de nieuwe werkelijkheid die op onzichtbare organisatiepatronen, op onzichtbare dimensies is gebaseerd, is intentie de kracht die er toe doet om primaire patronen te wijzigen, te kiezen, te vormen, te modificeren en te organiseren. Als een van deze factoren optreden worden de informatievelden die de materiele wereld vormen, gewijzigd. Kortom de communicatie kanalen krijgen een geheel andere benadering. Deze verandering versneld tevens de fysieke aanpassing omdat alle subtiele lichamen van onze totale entiteit van Zijn, daar onderdeel van is. Dit houdt tevens in dat krachten die alles bij het oude willen houden, geen invloed meer hebben en zelfs zullen afsterven. Voorbij alle beperkende visies liggen immers nieuwe mogelijkheden die een hogere staat van bewustzijn en door een groter potentieel van mogelijkheden nieuwe werkelijkheden zal  aanboren. Dit betekent ook een verbreding van het inzicht in wat je de blauwdruk van het leven kunt noemen en die de interactie met het leven zal brengen op de matrix van het veld van bewustzijn. De programmaties in de gebieden van bewustzijn en de hersenen in de geometrische (trancedente) en fysische vormentaal krijgen een nieuwe invulling. Maar vanuit een causaal gezichtspunt is dit allemaal niet waarneembaar. Zoals de oprichter van de Flower of Live’ (de fysicus Drunvalo Melchizedek) het stelt, wordt dit alles causaal georkestreerd vanuit een impliciete orde of wat David Bohm al had vastgesteld dat wat zich in ruimtetijd afspeelt, bepaald wordt door een non-lokale werkelijkheid en dus zijn de instructies afkomstig buiten ruimtetijd. Volgens hem (zie blog 48) is de mens op een holografische manier met ieder aspect van de materie, met het bewustzijn en alle zichtbare of onzichtbare universums verbonden. Deze verbondenheid omvat een immense uitgestrektheid van ongeziene aspecten van een complexe, maar ook elegante structuur van het onzichtbare universum. Want op de achtergrond van ons universum bestaat een netwerk dat zich door ongekende dimensies slingert. Dit netwerk houdt een multidimensioneel weefsel bij elkaar, een eindeloze keten die pulseert met een levenskracht van alles wat bestaat. In deze kosmische symphonie, zoals Brian Greene het noemt, is het weefsel waarin ook ons universum functioneert, met elkaar verweven als een multi-dimensionaal labyrinth, waarin de draden van de vele universums zich zonder ophouden om elkaar wikkelen en ritmisch trillen volgens de wetten van de kosmos, wat je als een geheel, als een kosmische symfonie kan zien en ‘beluisteren’.

Hoe wil je het nog bewezen hebben wanneer vele wetenschappers op verschillende tijdstippen bij hetzelfde uitkomen die ook nog de oude waarheden van de rishi’s, 6000 geleden bevestigen. Blijkbaar zijn er invloeden werkzaam die de groei van het bewustzijn van de tegenwoordige mens op een laag peil afremmen.

 

 

 

 

 

Blog 60 (06-03-2025)

 

Verandering door Kosmische inbreng

 

In de voorgaande blog heb ik aangegeven dat verandering een doorgaand proces is in het persoonlijk leven maar zeker ook in een groter verband, als een tractie van krachten die zich letterlijk en figuurlijk boven ons hoofd afspelen. Echter wij zijn zo met ons microbestaan bezig dat we vrijwel geen enkel idee hebben wat zich buiten ons waarnemingsgebied bevindt. Onze zintuigelijke werkelijkheid wordt als belangrijkste leidraad voor het leven gezien en de wetenschappelijke bevindingen, die daarvan wel degelijk afwijken, worden in het algemeen niet opgenomen in onze bewuste denkpatronen. Zo modderen we maar door en blijft alles wat zich in het dagelijkse leven opdringt, hangen in een ondoorgrondelijk patroon van onwaarheden en misinformatie. Dat is niet alleen van deze tijd, al doet het zich in het heden steeds nadrukkelijker gelden. Het lijkt een vrije val te worden zonder de middelen om het af te vlakken. Maar begrijpen wij werkelijk niet wat er aan de hand is?

De hedendaagse fysica geeft aan dat de route van de evolutie een spiraalvormige tunnel laat zien met het magnetisch veld waarin subatomaire deeltjes de vorm aannemen van een soort tunnelwand. Het lijkt een kokerachtig veld te zijn waarin ons zonnestelsel en ook de aarde er niet alleen in meedraait, maar zelfs een beweging volgt die er doorheen lijkt te gaan. Een tamelijk vast patroon zodat ontwikkeling niet als een spontane impuls of een toevallige actie kan worden voorgesteld.

De baan die ons zonnestelsel aflegt is dus van een geheel andere structuur dan men voorheen had aangenomen. In de vorige eeuw hadden astronomen al wel ontdekt dat het magnetisch veld op een soort tunnel leek waar de aarde en ons zonnestelsel doorheen zou kunnen gaan. Maar het miste nog veel van de ondersteunende kennis van de kwantumwetenschap. Het inspireerde om een onderzoek te starten naar de evolutie van magnetische velden in sterrenstelsels omdat men vermoedde dat daarin wel eens de sleutel kon liggen om te kunnen begrijpen hoe magnetische velden op elkaar inwerken of met elkaar verbonden zijn. Dergelijke magnetische velden zo blijkt, kunnen zich in een netwerk verenigen, hebben de gelijkvormigheid van een tunnel en dat zou wel eens een gemeenschappelijk doel kunnen hebben. In die zin maakt de aarde op kosmisch niveau een beweging die een baan volgt naar een nieuwe modus en waarin de huidige waargenomen veranderingen lijken aan te sluiten. Veranderingen die eveneens in de spiraalvormige structuur van de tunnels zijn onder te brengen. De dimensionale grootheden (het totaal van de 9 dimensies) zijn daarin geen constanten en veroorzaken een voortdurende beweging die samenvalt met de andere disrupties in het heelal. Dat is een opmerkelijk gegeven wat voor de aanduiding zorgt dat er niet alleen op aarde, maar ook in het universum veranderingen plaatsvinden die aangeven dat de oude vorm, waarin de aarde existeert, een langzaam einde van de huidige bestaansvorm inluidt en een doorstart naar een nieuw begin voorstaat. (zie eventueel blog 39).

Veranderingen vinden plaats door middel van transposities in de dimensies. De meeste mensen zullen zich afvragen wat die dimensies dan allemaal zijn, aangezien wij nog steeds aannemen dat er slechts drie of hooguit vier dimensies zijn. Algemeen kun je stellen dat het grootste deel van de dimensies, die niet bekend zijn, een kant van het bestaan laat zien die niet door de zintuigen kan worden waargenomen. Wanneer we vanaf de derde dimensie optellen zien we de vierde dimensie tijd, een indeling waaraan wij ons in het dagelijks leven hebben aangepast, maar geen inhoudelijke betekenis laat zien. Wij zien tijd die verstrijkt en alles wat ons daarin overkomt, wordt bepaald door die consequente lineaire inrichting. In werkelijkheid is het een energievorm (zie eventueel blog 27), een drijvende kracht die ervoor zorgt dat alles in beweging is en zich in evolutionaire zin ontwikkelt. De vijfde dimensie bepaalt de materiele staat van zijn, de manifestatie in relatie met de vorm, van hoe iets zich voordoet. Daarin heeft de fysica een inbreng omdat het een afgeleide is van het zogenoemde oerdeeltje. De zesde dimensie is de energetische frequentie van deeltjes waaruit de manifestatie is opgebouwd. Het is niet zichtbaar en wordt daarom als esotherisch gezien. De zevende dimensie is het niveau van bewustzijn. De achtste is de evolutie stroom, de energetische aansturing van de evolutie. De negende bevat het veld en antiveld, ook wel het inverte veld genoemd, dat wil zeggen, het dualistisch spanningsveld die geen vaste waarde kent, maar zich binnen de evolutie naar omstandigheden aanpast.

Om nog even terug te keren naar de vierde dimensie tijd die een merkwaardige rol speelt. Zou deze dimensie (niet de door de mens gehanteerde tijdsindeling) niet bestaan, dan zou er geen beweging mogelijk zijn, geen groei, geen geboorte, geen veroudering of welk proces dan ook. Het is evenwel ook een begripsmodel om aan te geven dat er iets gebeurt tussen twee tijdstippen in. Op een enkel tijdstip gebeurt er niets, omdat er alleen iets kan bestaan tussen twee tijdsmomenten in. Op tijdstip nul staat alles stil. In de kwantumnatuurkunde wordt dit fenomeen nog absurder voorgesteld, want op tijdstip nul wordt alles in nul seconden afgebroken en in nul seconden ook weer opgebouwd in een veranderde toestand. Wat wij als verandering ervaren is daarmee het voortdurend afbreken en opbouwen van alles wat is. Niets kan worden beschreven in een vaststaand moment. Er bestaat niets in welk moment dan ook. Het universum (macro) en de mens op aarde (micro) bestaat alleen als gevolg van energie die zich uitdrukt in tijd. Dat houdt ook in dat ons bewustzijn zich voortdurend in een andere toestand bevindt, wat wij niet begrijpen, omdat alles hetzelfde uitziet. Als we deze principes meenemen naar de andere 6 dimensies (de eerste drie buiten beschouwing gelaten) wordt het inzichtelijk dat tijd een uitermate sterke invloed heeft en dat het ook omgekeerd zo werkt, omdat als tijd een energievorm is die verandert, dan krijgen ook andere dimensies met die verandering te maken. Bijvoorbeeld als in de negende dimensie met een verandering te maken krijgt, dan komen de kosmische principes in deze en andere dimensies in een andere toestand, waardoor op zijn beurt, ook de dimensie tijd er weer door beïnvloed wordt.

In onze zogenaamde objectieve wereld, wat in werkelijkheid een schijnwerkelijkheid is en die alleen maar bestaat omdat het door ons wordt waargenomen, dat wil zeggen als onze waarneming stopt, valt alles uit elkaar. Dat alles blijft bestaan is vanwege het feit dat het continu door ons wordt waargenomen. Dit werd door de natuurkundigen Bohr en Heisenberg (het Kopenhagenprincipe) al in de vorige eeuw vastgesteld. Het werd echter al eerder onderkend, omdat Patanjali het duizenden jaren geleden al opmerkte. In de Yogasoetra 2.22 schreef hij: “Het zichtbare is er alleen maar vanwege de waarneming. Al vergaat het zichtbare voor wie het doel is bereikt, het vergaat niet omdat het voor anderen nog geldt” (wordt waargenomen). Dat betekent tevens dat er een Hogere Intelligentie werkzaam is achter al het bestaande, die op een laag niveau maar een betrekkelijke waarde kent omdat het pas tot zijn recht komt als er een drang ontstaat om tot een hoger niveau van bewustzijn te komen. Er zit een betekenis achter alles wat functioneert en laat tevens zien dat de wereld om ons heen onze eigen schepping is. Wij zijn, zoals eerder aangegeven, zowel waarnemer als het waargenomene. Dat betekent dat in de uitwerking van veranderingen een gemeenschappelijk proces aanwezig is, die in het collectief bewustzijn tot een ervaring komt. In een tijdperk zoals de onze, waarin het bewustzijns niveau erg laag ligt, wordt alles weerspiegelt wat de mens zelf aanneemt en wat hij bedenkt aan oplossingen, van welke aard, in welke (macht)positie dan ook. Daarin is de huidige staat van bewustzijn te kenschetsen.

Wat de laatste, pakweg twee decennia laat zien, is opmerkelijk omdat de veranderingen een demonstratie afgeeft, die lijkt af te wijken van ‘de normale’ krachten die de aarde altijd al teisterden. De stormen worden sterker, de vulkanische uitbarstingen heviger, de slagregens krachtiger, natuurbranden extremer, tsunami’s dramatischer, kortom de aardse veranderingen met allerlei verschijnselen afwijkender. Wat zich daarin aftekent is dat er verschillende krachten werkzaam zijn die door de gewone aardbewoner moeilijk in te leven zijn. Wat zijn de symptomen die zich in de kosmische krachten voordoen? We kunnen de aardse veranderingen lokaliseren zoals natuurbranden, hogere zeespiegel of zware regenval. Maar wat zich op een kosmisch niveau afspeelt is geen bekende kost. Wel hebben we hooguit bepaalde indrukken die vermoedens opleveren dat er meer aan de hand is. Zou er sprake kunnen zijn van een totaalgebeuren die zich kenmerkt in een toenemende chaos en wanorde zoals het tijdperk Kali Yuga voorspelt? Als we de wereld met het menselijk ingrijpen bekijken, komen we ongetwijfeld tot de conclusie dat er gaanderweg iets niet klopt. In zijn boek, ‘De Wereld in Beweging’ laat Jaap Hiddinga zien wat voor hem de zichtbare processen zijn van de komende transformatie. Voor velen zijn het tekenen van de tijd, voor anderen zijn het angstgevoelens en voor gelovigen zijn het aankondigingen van de eindtijd. Wat de betekenis werkelijk is heb ik al eens aangegeven (zie eventueel ook vorige blog), maar zijn er ook feitelijke aanwijzingen? Dat laat ik hieronder zien.

1. De aarde is onderdeel van een ingewikkelde structuur in het universum. Het laat zien dat de aarde net zoals andere planeten in beweging is, in een onderlinge verbondenheid die niet losstaat van andere krachten in het universum. Dat klinkt logisch, maar we zijn niet gewend zo te kijken. De opwarming van de aarde heeft vooral te maken met de kleine deeltjes (neutrino's) die afkomstig zijn van de zon. Dat wil overigens niet zeggen dat de activiteiten van de mens er geen bijdrage aan levert. Maar de baan die deze deeltjes voorheen aflegden is sinds enige tijd verandert en loopt nu door de aarde heen, waardoor zij positief of negatief geladen worden. Op de polen komen zij met elkaar in botsing en door de ontlading komt een aanmerkelijke hoeveelheid warmte vrij. De verandering ontstaat uit de doorgang van deze deeltjes door zware materie die zich in de aarde bevindt en er een oplading plaatsvindt. De huidige fysica moet het antwoord schuldig blijven waarom dit gebeurt en hoe het komt dat dit een recordwarmte oplevert, vooral op de polen. Overigens is ook waargenomen dat dit niet alleen op aarde voordoet, maar ook op andere planeten (bv, planeet Neptunus +25 gr.).

2. Een ander punt is de alreeds opgemerkte stralingssysteem van de Bond Albedo, een metingssysteem die aantoont dat het elektromagnetisch stralingsspectrum een sterke verlaging van gegevens ten opzichte van oudere metingen laat zien, waardoor reflecties in het heelal met betrekking tot de aarde, in de metingen lager uitvallen. (zie vorige blog).

3. De wetenschap ontdekte dat het universum te snel uitdijt. Einstein ontkende dit aanvankelijk nog en werd later gecorrigeerd, maar hedendaagse studies geven aan dat de uitdijing extreem is en bovendien de donkere materie extreem toeneemt, dit afgezet tegen metingen van een decennia geleden.

4. De leegtes tussen materie of energievormen in de ruimte nemen dermate toe dat het lijkt alsof de ruimte door een onbekende materie uiteengerukt wordt. Dit wordt het annihilatieproces genoemd, een proces van materie en antimaterie. Dit zou kunnen leiden dat het universum een andere structuur krijgt, zodat oude opvattingen niet langer standhouden.

5. In de poolgebieden worden waarnemingen gedaan die herleidbaar zijn tot een invert veld (de negende dimensie). Het zou het proces kunnen zijn wat het resultaat is van de confrontatie van deeltjes of fragmenten van velden met onze realiteit en die daarmee een verbinding met ons aangaan. Het kan mogelijk leiden tot het omzetten van materie naar licht en energie in een beweging van eenwording. Dan is er niet langer een scheiding tussen twee materievelden, maar opheffing die een eenheid van energie in het Goddelijke herenigt.

6. Opwarming van de aarde laat zien dat behalve klimaatverschillen, er ook sprake is een werking van antideeltjes, een kwantum-natuurkundig proces, waarbij het antideeltje een verbinding aangaat met een gewoon materiedeeltje en zich omzet naar een energievorm waarin materie niet langer kan bestaan (is ook herleidbaar met punt 1). Dit is overigens niet alleen op aarde, maar in het hele universum het geval. We kunnen daarmee aannemen dat de transformatie niet alleen een aardse aangelegenheid is, maar zich over de hele kosmos uitstrekt.

7. Een recente studie van de NASA maakt duidelijk dat de opgemerkte schommelingen in de baan van de maan wisselende invloed op de stand van watermassa’s van de aarde kan uitoefenen, zodat er vloedgolven kunnen ontstaan, waarbij extreem hoog water tot overstromingen kan leiden.

8. Abnormale bevindingen van wetenschappers die de binnenste kern van de aarde bestuderen, wijzen uit dat er een opvallende verandering plaats vindt waarin lichte elementen, zoals koolstof, waterstof en zuurstof zich gedragen als vloeistoffen en vrij diffunderen in het rooster van vaste stoffen, zoals ijzer. Het suggereert dat de binnenste kern van de aarde niet meer uit vaste stof bestaat, maar een samenstelling heeft gekregen van ijzer-kristalstructuren met vloeistofachtige elementen.

9. Het beschermende magnetische veld die de aarde tegen allerlei invloeden beschermt is aan het veranderen. Deze zogenoemde Van Allen Gordel zorgt dat we niet meer op dezelfde wijze, door het afnemen van de beschermende werking, blootstaan aan vernietigende kosmische straling. We kunnen daardoor ook meer blootstaan aan veranderingen van het magnetisch veld, wat weer onze digitale wereld kan beïnvloeden.

10. De kern van de aarde is niet alleen aan het veranderen, maar de rotering vertraagt sterk, zodat het een aanwijzing kan zijn dat deze ronddraaiende beweging gaat stoppen en mogelijk na enige tijd in een tegenovergestelde richting gaat draaien. Wat dat betekent is niet duidelijk maar het zou het functioneren van het normale leven, het magnetisch veld of de zwaartekracht kunnen beïnvloeden.

Verandering is dus een kosmisch proces wat een ontwikkeling voorstaat, maar momenteel niet gladjes verloopt. Het is een evolutieproces die ooit in gang gezet werd teneinde de Goddelijke Schepping te vervolmaken, een schepping die ook in de mens tot uitting komt en zich al in eonen van tijd aan ons wordt voorgesteld. Het drukt zich uit in de negen dimensies van het leven, die constant aan verandering onderhevig zijn. De kosmische invloed laat zich in vele situaties aftekenen, behalve in het bewustzijn van de mens, ook in de bewegingen van de aardkorst, in de natuur, klimaat, weersinvloeden, c.q. in het totaal van de energetische infrastructuur van het Universum.